Inhoud
Slechts een paar druppels water of olie kunnen van een veilige werkomgeving een gladde gevarenzone maken. Dat klinkt misschien overdreven, maar op de veelal betonnen of kunststof vloeren in werkplaatsen en magazijnen zorgt een klein beetje vloeistof al voor slipgevaar. Daarom is het voor vrijwel elk bedrijf aan te raden risicogebieden op de werkvloer te identificeren en arbeidsongevallen door uitglijden te voorkomen. Dit geldt vooral voor bedrijven waar veel met water, olie of andere vetten wordt gewerkt. Maar ook voedingsmiddelen, etensresten en zelfs stof kunnen voor uitglijgevaar zorgen.
Natuurlijk kunt u met waarschuwingsborden duidelijk maken dat er een slipgevaar bestaat, maar het is beter om dit met concrete maatregelen actief tegen te gaan. Dit doet u met speciale antislipvloeren, -tegels, of -matten. In onderstaand artikel komt u te weten welke antislipwaarden er bestaan en met welke maatregelen u de slipweerstand van uw bedrijfsvloeren kunt verbeteren.
Antislipwaarde
Ongeacht het soort antislipmateriaal staat één ding centraal: de antislipwaarde. Die wordt uitgedrukt als R-waarde, waarbij de R verwijst naar het Duitse woord voor uitglijden: rutschen. De eisen en bepalingen voor de slipweerstand zijn vastgelegd in NEN-7909. Daarin vindt u ook meer informatie over de R-waarde.
De R-waarde is ooit redelijk eenvoudig bepaald met een experiment, waarbij een persoon met speciaal geprepareerd schoeisel op een met motorolie bedekt, schuin vlak met toenemende hellingsgraad liep. Hoe hoger de hellingsgraad op het moment dat de persoon begon uit te glijden, des te hoger de R-waarde.
De hellingsgraad heeft – uiteraard – een sterke invloed op de slipweerstand van de ondergrond. Om deze te bepalen, worden meerdere criteria gehanteerd, onder andere:
- De hoeveelheid van een bepaalde (vloei)stof die op de vloer terechtkomt
- Eigenschappen van de stof (water, olie, vet, etc.)
- De verontreinigingsgraad van de stof
Naargelang de ingeschatte hellingsgraad krijgt de werkruimte een bepaalde R-waarde toebedeeld. Hoe hoger de R-waarde, hoe hoger de hellingsgraad en bijgevolg de antislipwaarde. Bij een hoge antislipwaarde moeten dus meer maatregelen genomen worden om de werkomgeving zo veilig mogelijk te maken.
De hellingsgraad per antislipklasse is als volgt, beginnend bij antislip R9:
R-waarde | Hellingsgraad | Uitleg | Geschikt voor… |
---|---|---|---|
R9 | > 3°-10° | Minder dan normale antislipwaarde | Droge ruimtes (bijv. kledingwinkel) |
R10 | > 10°-19 | Normale antislipwaarde | Keukens, winkels (bijv. supermarkt) |
R11 | > 19°-27° | Hogere antislipwaarde | Keukens, badkamers, balkons, natte ruimtes, inloopdouche |
R12 | > 27°-35° | Hoge antislipwaarde | Zeer natte ruimtes, zoals zwembaden, sauna’s en wellnessruimtes |
R13 | > 35° | Zeer hoge antislipwaarde | Zeer natte en vettige ruimtes (bijv. slagerij) |
Antislip-R9 is voldoende voor ruimtes waar weinig met vocht wordt gewerkt, terwijl R13 bijvoorbeeld wordt gebruikt in slagerijen waar veel vettige vloeistoffen voorkomen. Belangrijk om te onthouden is dat een antislipvloer met hogere R-waarde doorgaans een ruwer oppervlak heeft, wat betekent dat die ook intensiever in het onderhoud is.
Houd er rekening mee dat u bij een zeer hoge R-waarde nog altijd kunt uitglijden, omdat meerdere factoren – waaronder de vloeistof en het materiaal van uw zolen – van invloed zijn. Antislipvloeren zijn dan ook een ondersteunende maatregel en bieden geen volledige bescherming. Als er bijvoorbeeld ergens olie heeft gelekt, is het vooral belangrijk dat u dit zo snel mogelijk verwijdert.
Aanvullingen op antislipwaarde
Voor vloeren of tegels waar mensen vaak met blote voeten rondlopen, is er nog een extra aanvulling op de antislipwaarde. Deze wordt uitgedrukt in de letters A, B of C:
- Groep A: hellingen >= 12° (droge vloeren, zoals in een kleedkamer)
- Groep B: hellingen >= 18° (natte vloeren, zoals in douches en sauna’s)
- Groep C: hellingen >= 24° (zeer natte vloeren, zoals in zwembaden)
Een tegel met antislipwaarde ‘R10 B’ kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor vloeren in een zwembadhal of -douche.
Zo creëert u de slipweerstand die bij uw werkzaamheden past
Het is niet alleen van belang dat de vloeren in uw bedrijf aan de noodzakelijke antislipwaarde voldoen, ze moeten ook aan de eisen voldoen die aan de werkomgeving worden gesteld: zijn ze bestand tegen eventuele zware lasten die u dagelijks vervoert en zijn ze geschikt voor transport met hefvoertuigen en dergelijke? In sommige werkomgevingen moet de vloerbedekking weerbestendig zijn of bestand zijn tegen bepaalde zuren.
Naargelang de vereisten binnen uw bedrijf kunt u verschillende antislipvloeren gebruiken. Dit kan een fijnkorrelige of een ruwe vloer met reliëf zijn. Hoe hoger de antislipwaarde, hoe ruwer het oppervlak alleszins moet zijn. De volgende vloeren komen vaak voor in bedrijven:
- Keramische tegels
- Natuursteen- en betontegels
- Elastische vloeren, zoals anti-vermoeidheidsmatten
- Antislipmatten
- Houten planken of parket
- Zandcementvloeren
- Kunsthars vloercoatings
- Plastic of metalen roosters
- Glasplaten
Na slijtage de slipweerstand verbeteren
In principe is het altijd mogelijk om de slipweerstand van bepaalde oppervlakken te verbeteren, bijvoorbeeld na slijtage. Als een aanpassing desondanks niet voldoende is voor de werkomstandigheden in uw bedrijf, dient u de vloer volledig te vervangen.
Met een extra laagje vloermarkeringsverf kunt u vloeren slipbestendiger maken. Bovendien geeft de kleurmarkering tegelijk aan in welke werkruimtes er een verhoogd uitglijrisico bestaat. Ook anti-vermoeidheidsmatten zijn meestal voorzien van een antisliplaag, zodat bepaalde werkruimtes zowel ergonomisch als slipbestendig zijn uitgerust.
Antisliptape en -profielen zijn dan weer erg handig voor de renovatie van gangpaden of trappen. De tape kan eenvoudig op de vloer of de trap worden bevestigd. Maar ook rubberen matten in de entree of op hellingen verhogen de veiligheid in uw bedrijf.
Let op: de hier genoemde voorschriften zijn slechts een keuze uit de belangrijkste wettelijke richtlijnen. Voor gedetailleerde informatie verwijzen we u naar de officiële voorschriften, wetten en richtlijnen omtrent dit thema. Bij de concrete omzetting in uw bedrijf is het raadzaam om vooraf een deskundige te raadplegen.
Bron afbeelding:
© gettyimages.de – kynny